Boulderen is een populaire en uitdagende sport waarbij je korte klimroutes beklimt zonder touwen of harnassen. De routes zijn meestal vier tot vijf meter hoog, en dikke matten op de grond zorgen voor een zachte landing. Hoewel boulderen veilig is als je de juiste technieken gebruikt, komen blessures toch regelmatig voor. In dit blog lees je over veelvoorkomende boulderblessures en hoe je ze kunt voorkomen en laten behandelen.
Veelvoorkomende blessures bij boulderen
Tijdens het boulderen gebruik je veel kracht in je vingers, handen en armen. Dit kan leiden tot blessures, vooral als je te snel te veel van je lichaam vraagt. Veelvoorkomende klachten zijn:
- Vingerpulleyblessures: een blessure aan de pezen in je vingers, vaak veroorzaakt door overbelasting of een plotselinge beweging op een kleine greep.
- Polsklachten: door herhaalde belasting kunnen pezen en gewrichten in de pols geïrriteerd raken.
- Schouderblessures: door krachtig afzetten of verkeerd landen kan de schouder overbelast raken.
- Knie- en enkelklachten: vooral bij verkeerd landen na een sprong of val.
Hoe kun je blessures voorkomen?
Gelukkig kun je veel blessures voorkomen met een paar eenvoudige maatregelen:
- Warming-up en techniek: begin altijd met een goede warming-up, zoals lichte rekoefeningen en eenvoudige klimbewegingen. Oefen ook hoe je op de juiste manier valt om de impact op je gewrichten te verminderen.
- Luister naar je lichaam: bouw je klimniveau rustig op en forceer geen bewegingen als je moe bent. Veel blessures ontstaan aan het einde van een klimsessie.
- Afwisselende grepen en houdingen: gebruik verschillende klimtechnieken om overbelasting van dezelfde spieren en pezen te voorkomen.
- Rust en herstel: neem voldoende rust tussen klimdagen door en stretch regelmatig om je spieren en gewrichten soepel te houden.
Wat als je toch een blessure hebt?
Heb je pijn of een blessure na het boulderen? Blijf er niet te lang mee rondlopen. Een fysiotherapeut met ervaring in klimblessures kan je helpen om sneller te herstellen. Tijdens een consult kan een fysiotherapeut onderzoeken welke blessure je hebt en advies geven over herstel en preventie. In sommige gevallen wordt ook echografie gebruikt om de blessure beter in beeld te brengen.
Voor kleine blessures, zoals lichte vinger- of polsklachten, kun je vaak door blijven klimmen met aangepaste belasting. Soms helpt taping of het tijdelijk vermijden van bepaalde grepen. Bij ernstigere klachten, zoals een scheur in een pees of een schouderblessure, kan een fysiotherapeut een persoonlijk behandelplan opstellen.
Beeld: Wiep van Apeldoorn
